Boek1

Inspiratie 4


Het Probleem van de Dualiteit en de Aangewezen Oplossing



Samenvatting

Gevangen in de wereld van de dualiteiten hebben we vele problemen waarvoor we de samenhang van de intelligentie zoeken die de filognosie biedt. Individueel en sociaal, concreet en ideaal, man en vrouw, vanbinnen en vanbuiten, natuur en cultuur, tijd en tijdloosheid, zijn slechts enkele van de vele dualiteiten waar we voor geplaatst worden. Zonder filognosie, zonder deze samenhang van de intelligentie, belanden we met hen in de problemen. Er zal een autoriteitsconflict zijn binnenin ons en in de samenleving als we tegen deze cohesie in de vorm van de Persoon van Al de Intelligentie ingaan. De grotere Persoon van de Natuur vergeten we makkelijk als we de geprivilegieerde heersers en genieters proberen te zijn in de samenleving. We vergeten dat ingaan tegen de Natuur, Zijn wil, inhoudt dat we tegen elkaar ingaan als delen van die natuur. Culturele en individuele machtsconflicten leiden aldus tot de vernietiging van de planeet. We moeten genezen van deze individuele en culturele psychische instabiliteit, deze neurose, we moeten genezen van deze eeuwige woordstrijd die zo kenmerkend is voor deze politieke tijd en dit tijdperk. De remedie bestaat eruit het respect te herstellen voor de Persoon van de Alomvattendheid als onze doelstelling, ongeacht de het gezichtspunt van waaruit we onze intelligentie beoefenen.

Men kan een aardig betoog opzetten over de epistemologie van de filognosie zoals in de voorgaande inspiratie, maar wat moet je ermee? Hoe onthou je het, hoe breng je het in de praktijk en wat zou de reden van een dergelijke uiteenzetting zijn? Waarom is er dit boek op de eerste plaats? Waar gaat het over, de persoon die we moeten begrijpen, het begrip van 'persoon' en 'integriteit' waar we blijkbaar nog niet genoeg over nagedacht hebben? Al onze goedbedoelde nadenkendheid lijkt in de lucht te hangen zonder enige andere bedoeling dan het bevestigen van onze menselijke rede. We hebben nog niet één enkele naam laten vallen, we beschreven géén geschiedenis van wat voor cultuur dan ook, maakten géén melding van enige literatuurreferentie, we zeiden alleen maar dat dit een inspiratie op iets is, lieten een paar moeilijke woorden vallen en dat is dat. We zouden slim moeten zijn, integer, de tijd nemen en nadenken over de persoon. Tot zover prima. Iedereen zal het ermee eens zijn. Allereerst hebben we dit soort van vraagtekens nodig in onze denkoefening, daarna kunnen we proberen een antwoord te vinden, maar we moeten wat problemen oplossen.
Het eerste probleem lijkt dat van de samenhang te zijn. We maakten voorheen kennis met de zes gezichtspunten van de rede, maar wat is de beste manier om ze te onthouden, ze ergens voor in te zetten? Het heeft iets te maken met de werking van onze intelligentie, dat is belangrijk, dus moeten we deze zes leden van de filognosie proberen te onthouden. Het plaatje erbij vormt een grote steun. Maar men kan ook een ezelsbruggetje hebben ter wille van het overzicht zoals 'mening behoeft bevestiging, uitleg en objectiviteit om te komen tot het juiste respect en een conclusie.' Dat klinkt heel logisch en vanzelfsprekend. Die regel is makkelijker te onthouden dan 'methode en wetenschap gevolgd door analyse en bovenzinnelijkheid draait uit op religie en politiek'. De eerste regel klinkt meer als een oplossing, de laatste lijkt meer op een probleem. Het verschil tussen de twee uitspraken is dat van de samenhang. Met deze laatste notie komen we tot de probleemstelling van de filognosie. We lijden aan een gebrek aan samenhang en daarom kunnen we zaken niet zo goed onthouden en kunnen we aldus geen liefde voor de zelfverwerkelijking hebben. Het geheel van de mensheid verkeert zo bezien in een onsamenhangende staat, een staat van chaos en verwarring; in gevaar. Je hebt allerlei soorten van samenhang: materieel, spiritueel, persoonlijk, en onpersoonlijk, sociaal en individueel. Maar de samenhang van onze geesten lijkt een fundamentele prioriteit te hebben, want wij als personen, als menselijke wezens, rekenen het tot onze eer om ten minste te weten wat onze eigen intelligentie allemaal in kan houden en waar die toe in staat is, om nog maar te zwijgen van de noodzaak van een vreedzame, gecoördineerde geest van samenwerking waar we makkelijk mee kunnen werken in de samenleving. Enkel maar om een keuze te kunnen maken en onszelf in de hand te hebben.

Als we met elkaar praten hebben we graag een betrouwbaar idee van wat de ander zegt alsmede een duidelijk beeld voor de geest van waar we met ons betoog op afstevenen. Samenhang dus..... we hebben de samenhang nodig van de intelligentie van ons personen als onderdeel van de grote Ideale Persoon, een grotere integriteit van menselijkheid waar we allen deel van kunnen uitmaken. Om uit te komen op de persoon die we zijn en de Persoon waar we deel van uitmaken, overwegen we onze doelstelling. Maar om te beweren dat de persoon de samenhang is, dat de Persoon de uiteindelijke integriteit is die we nodig hebben, is alles over één kam scheren. We hebben referentie nodig. Als we iets meten zoals de lengte van een stok, hebben we, volgens de standaarden van de wetenschap - ons huidige geloofssysteem - een maat nodig om zinnig bezig te zijn, we moeten onze meting in centimeters of inches uitdrukken bijvoorbeeld. Dat zijn gefixeerde meeteenheden. Dat maakt onze uitspraak betrouwbaar. Maar daarnaast heeft onze meting ook nog iets nodig wat men validiteit of geldigheid noemt. Ben ik zinnig bezig als ik zeg dat ik tien meter hoog ben? Niet echt, want ik ben geen reus. Teneinde iets zinnig te beweren, moet ik een relatieve uitspraak doen. In verhouding tot wat ben ik dan zo hoog? Sta ik op stelten? Hoe dan ook, om onze lengte vast te stellen hebben we een referentiepunt nodig dat nul zegt. Aldus gemeten vanaf bijvoorbeeld de grond, het nulniveau, ben ik tien meter hoog met een ladder onder me. Nu zeg ik iets zinnigs. Zo ook moet deze filognosie iets zinnigs beweren met standaard eenheden en referentiepunten. De standaard eenheden worden woorden genoemd waar we een woordenboek voor hebben, dat is allemaal duidelijk, en ze worden op rij geplaatst om een zin te vormen met logica, grammatica, semantiek en syntaxis, maar waar hebben we het over? De wereld om ons heen? Onze verbeelding? De buitenwereld als antwoord vormt het referentiekader voor onze verbeelding netjes geformuleerd in woorden die achter elkaar geplaatst worden in een taal waar we aan gewend zijn. Nu weten we waar onze beweringen betrekking op hebben. In de filognosie komen we nu van vrije uitspraken betreffende mening, aanname, theorie en speculatie, uit op 'empirisch geverifieerde' feitelijke uitspraken.

De feitelijke wereld wordt gekenmerkt door dualiteit - een tweevoudigheid als die van man/vrouw, parallel/serieel, links/rechts, ruimte/tijd, receptie/initiatief, rede/emotie etc. - en kan ten behoeve van het huidige argument in twee gedeelten worden verdeeld, de natuurlijke wereld en de menselijke wereld van personen en culturen waar we deel van uitmaken. Met personen zijn we voorzichtig, ze vormen het voorwerp van onze studie, ze zijn dat wat we zelf zijn, wij zijn zij zogezegd, maar op de eerste plaats willen we vrij zijn van iedere persoonlijke voorkeur. We willen niet worden gevangen in een school of religie of partij of cultuur met deze of gene persoon die ons zegt wat ons te doen staat en wat we moeten denken. We zijn een beetje opstandig, een beetje anarchistisch zelfs en zijn misschien zelfs getraumatiseerd geraakt in onze opvoeding. Te veel mensen hebben ons van alles en nog wat gezegd, en blijven bij ons aandringen met hun informatiecultuur - als het al geen misleidende reclames zijn - en nu moeten we de zaken zelf maar eens gaan uitzoeken. We hebben het uiteindelijk hier over zelfverwerkelijking. Laten we dus niet meteen persoonlijk worden door rechtstreeks over de persoon te praten. Als de persoonlijke afdeling een obstakel vormt in emotioneel opzicht of anderszins, nemen we onze toevlucht tot het onpersoonlijke van onze cultuur en van onze grotere natuur. Je kan natuurkunde studeren, wiskunde of welke tak van wetenschap ook, enkel maar om referentie te vinden, een houvast voor onze incoherente en instabiele geest. We moeten onze meningen natrekken om zinnig te zijn. We kunnen en willen andere mensen niet zomaar natrekken, omdat ze doodgaan, weglopen, niet gecontroleerd willen worden, zich niet bekommeren, met ons in discussie willen, enzovoorts enzovoorts.
De persoon zoals gezegd vormt een lastig onderwerp van studie en omgang, en enkel maar aan onszelf refereren vormt ook een eenzame onderneming die niet te onderscheiden is van een zelfgeschapen droom. Dus hoe nu verder met het uitstijgen boven de tijd in het zich doorzetten van een persoon zijn zoals vermeld in inspiratie 1? Naar onszelf verwijzen als een persoon is ook geen haalbare kaart, nog niet eens als een literaire oefening. We willen niet in illusie verkeren en hebben vaste grond onder de voeten nodig. Zelfreferentie doet het aardig als een meditatie en bij wijze van kunstzinnige expressie, maar ter wille van zinnig communiceren zoals met dit, werkt het meer als een vloek, om te beginnen. Dus betrekken we ons op de grotere natuur waar we deel van uitmaken. De natuur is er altijd, de zon, de maan, de hemel, de elementen, het plantenleven, dierenleven, allemaal fraai samenhangend onder de ene naam van de Natuur. Zelfs de mensheid doet zijn best zich daar bij in te voegen met meer of minder succes. Meer met onze liefde voor de natuur, minder met onze liefde voor de cultuur. De cultuur neigt af te dwalen van de natuur met hetzelfde probleem, ter wille van hetzelfde, waar we om te beginnen naar op zoek waren ter referentie... maar meer daarover later. Niet alleen individueel zijn we geneigd te verdrinken in de oceaan van tegenstellingen die de materiële wereld vormt, ook cultureel wankelen we en neigen we in te storten.... culturen komen op en komen ten val. Culturen zijn makkelijk zelfbevestigend in ontkenning van natuurlijke zaken, net zo makkelijk als wij individuele mensen ons verliezen in dromen en gedachten wat dat betreft. Als de cultuur niet expliciet refereert aan de natuurlijke staat, loopt die kans in illusie te belanden. Culturen kunnen aldus heel betrouwbaar zijn wat betreft hun strekking, hun maten, hun wetten en instituties of wat dan ook, maar ze kunnen net zo goed tegelijkertijd complete onzin zijn als ze de plank van het referentiepunt misslaan. We hebben klokken en kalenders om tenminste de onpersoonlijke orde van de dynamische wereld te respecteren, maar zijn deze mechanismen natuurlijk, zijn ze geldig als een politiek bepaalde referentie? Wat dit betreft komen we uit op psychologie. We kunnen onszelf niet voortdurend kritiseren, we moeten in overeenstemming verkeren, 'consonant' zijn, met een positief zelfbeeld en daarom veronderstellen we dat we gelijk hebben en het goede doen, ondanks een beetje erfzonde wat betreft de tijdmeting die we willen vergeten. We hebben een roze bril en een groene bril. Met de roze bril beschouwen we onszelf positief en superieur, ten opzichte van elkaar en van de natuur zelfs, maar met onze groene bril zien we de aarde in gevaar bevolkt met veel meer schepselen die overwegend groen van kleur zijn met misschien per ongeluk een kleine groene humanoïde van een andere planeet die zich erbij kwam melden. Als we naar boven kijken zien we de ene ster, de zon, of vele sterren gegroepeerd in sterrenbeelden waarvan we dachten dat ze een goed geheugensteuntje vormden. We houden van structuren, we hebben ze nodig om te functioneren, zoals gezegd we moeten de info in brokken verdelen.

Wat we hier in onze filognosie willen zeggen is dat als we cultureel de natuurlijke samenhang missen, we niet goed onze eigen filognosie kunnen onthouden, de cultuur en de kennis van onszelf, onze eigen cultuur en individuele realisatie. We hebben een bewustzijnsprobleem, verdeeld zijnde tussen de natuurlijke en culturele 'autoriteit'. We belanden in politieke eenzijdigheid en zelfs in anarchie op die manier. We spreken zelfs van de geestesziekte of aandoening neurose - individueel maar ook cultureel - of zelfs van psychose in dit verband. Aldus zijn we minder bedachtzaam en niet tevreden natuurlijk. Geen samenhang hebben met de natuur, is ook geen samenhang hebben met de cultuur, is individueel geen samenhang hebben met al de symptomen van de verschillende soorten geestesziekten. Deze onsamenhangendheid, nee deze culturele en individuele neurose, gebaseerd op een autoriteitsconflict tussen de cultuur en de natuur, is precies wat geneigd is op gewapende conflicten, wederzijdse zelfvernietiging en de vernietiging van de planeet uit te lopen. We zijn in hoog tempo de kwaliteit aan het kwijtraken van de atmosfeer, de oceanen, de bodem, het voedsel en de flora. Ook raken we onze fauna kwijt, van fytoplankton in de oceanen tot 40% van al de bekende diersoorten, gedurende de laatste 50 jaar voorafgaande aan de tijd van dit schrijven januari 2016. We zijn aan het uitsterven! We zullen verdrinken, raken vergiftigd, of op een andere manier sterven, vanwege een sterk verminderde natuurlijke weerstand. We zullen opgegeten worden door resistente bacteriën! Of voor hetzelfde geld eten wij de planeet op, stikkend vanwege te veel CO2 die ons klimaat opwarmt en onze oceanen verzuurt en zo onze zuurstofvoorraad vernietigt. We kunnen niet zo doorgaan als een bedreiging voor onze eigen levens. Dat is het, dat is onze onvrede. Dat is het probleem dat we moeten oplossen.
Dit probleem van niet samenhangen met onszelf en met de natuur dient ter verklaring van de oorlogen die we hebben, de politieke en economische conflicten die uit de hand lopen, de liefdeloosheid, de achteloosheid, vervreemding, de pijn, het verdriet en al het overige waar we aan lijden en vanaf willen - behalve dan cynisch gesproken natuurlijk de liefde voor het geld en andere twijfelachtige substituten in een wanhopig laatst geloof in kapitalisme en consumentisme... Laat ons alstublieft onze compensaties! Ja... gecompenseerd met substituten tolereren we onze misère nog een beetje langer. Maar niet voor eeuwig, we bevinden ons wereldwijd in verval. We moeten genezen, herstellen en vrij zijn van al die pleisters. En ook met de onpersoonlijke oefening van het allereerst respecteren van de natuur, dat het probleem vormt van het missen van de persoon, verklaren we de problematische staat op dezelfde manier. Al onze commentaren zeggen hetzelfde: we hebben de persoon nodig, de Persoon, om onze problemen op te lossen en dus stellen we nu en zullen dat ook van nu af aan blijven verkondigen, dat de grotere natuur de Grote Persoon is. We behoren simpelweg een juist bewustzijn van die Grote Persoon als een levend wezen te respecteren, te ontwikkelen en te institutionaliseren, teneinde onze eigen posities als kleinere personen te realiseren als zijnde gegoten uit die grotere mal als kleine op zichzelf staande universa vol van verbijsterende wonderen. Wij als individuele personen vormen een integriteit van leven en intelligentie, een samenhang gebaseerd op natuurwet en orde, die eveneens overal om ons heen aanwezig is. Dat is hoe we allemaal deel uitmaken van de grotere samenhang van de Grotere Persoon. En zo vinden we de Persoon, ons paradoxaal afkerend van de persoon, in het onpersoonlijke van de natuur als een oplossing, want het bespreken, kennen en respecteren van die Persoon is de uiteindelijke bedoeling van deze studie. Het volledige begrip ervan - of van Hem/Haar - in de zin van de hele waarheid, het volkomen bewustzijn en de uiteindelijke zaligheid is onze opzet. Dat is de oplossing waar we voor gaan en waarnaar we zullen handelen, en dat is waarom we er ons om bekommerden voorheen de zesvoudige visie van de filognosie uiteen te zetten. Filognosie als een dualistische opvatting van de drievoudige orde van de basiskwaliteiten van de natuur van de goedheid, onwetendheid en hartstocht, vormt de integriteit die we toeschrijven aan de grootse, schitterende natuur overal om ons heen als een geestelijk denkraam om intelligent te werk te gaan ter wille van de samenhang met al de afzonderlijke oplossingen die we nodig hebben en kennen of zullen moeten uitvinden. Aldus vormt de grote natuur onze eerste referentie, onze Eerste Persoon, en de rest van ons is allemaal relatief van formaat en belang in verhouding tot de grote eenheid.

Er rest ons niet veel tijd meer om te ruziën over ego's of superego's, wetenschappelijk, politiek of religieus. Het licht van de stralende zon is Zijn goedheid, de beweging van de relatieve tijdfenomenen vormt Zijn universele hartstocht en de traagheid van de materie is Zijn onwetendheid die graviteert in de richting van een zwaar centrum. Ruimte maakt het verschil en biedt kennis in de geaardheid van Zijn goedheid, materie is het onwetende voorwerp van kennis onderworpen aan - en trouw aan - Zijn wetten zonder enige vrije wil, en Tijd, de oorzaak van de relatieve tijd, is Zijn oorspronkelijke aard. Er is om te beginnen tijd, ruimte en materie op het onpersoonlijke niveau en dat is alles wat er is, zo lijkt het. Maar we mogen van nu af aan niet de integriteit vergeten van deze drie-eenheid van de wetenschap, van geverifieerde of verifieerbare feiten, die we de persoon noemen, de persoon die we zijn en de Grotere Persoon waar we deel van uitmaken. Dat is de slotsom van deze wetenschap.

Bron voor deze Inspiratie:
S.B. Canto 1, Hoofdstuk 4






The Person

De Persoon

Admin edit SideBar

Blix theme adapted by David Gilbert, powered by PmWiki